HULPBRONNEN
Het identificeren van hulpbronnen voor het hanteren van morele stress is belangrijk voor zorgverleners, teams en organisaties om hen toe te laten morele veerkracht te ontwikkelen. Hulpbronnen situeren zich zowel op individueel niveau (persoonlijke hulpbronnen) als op team-, leidinggevend- en organisatieniveau (werkhulpbronnen).
Persoonlijke hulpbronnen
- Optimisme, eigeneffectiviteit, hoop
- Ervaring
- Zelfkennis, zelfreflectie, zelfzorg
- (Zelf)waardering
- Mildheid, humor, zelfrelativering
- Morele moed
Werkhulpbronnen
- Autonomie
- Steun
- Ontwikkelings- en opleidingsmogelijkheden
- Contact met collega’s en leidinggevenden
- Coaching en ondersteunend leiderschap
- Feedback en waardering
- Organisatievisie en beleid
- Inspraak
- Ondersteuningsmaatregelen – ‘ethische infrastructuur’
- Open cultuur
- Infrastructuur en middelen
- Organisatie van de zorg
Bron: ESF-project Morele stress in de ouderenzorg (interviews en focusgroepen), Rushton & Kurtz (2015), JDR-model (Demerouti & Bakker).
Download de ‘Gids: van morele stress naar morele veerkracht. Omgaan met morele stress in zorgorganisaties’ voor meer gedetailleerde informatie over persoonlijke- en werkhulpbronnen.